2020: het jaar van de vrede

“We zijn er zo van overtuigd dat vrede onmogelijk is, dat er grappen over worden gemaakt. We vinden het grappig als de winnares van een missverkiezing zegt dat ze wereldvrede wil. Iedereen moet lachten. Niemand gelooft in vrede. Het is een mooi idee – maar niet meer dan dat – het is een idee van lieve oude dametjes. Het heeft geen betekenis. Het zal nooit gebeuren. Want we leven in deze hel en we denken dat het zo moet zijn.
Maar wat als we ernaast zitten?”

Dit zijn mijn woorden niet. Ze zijn van David Lynch, regisseur van de cultserie Twin Peaks en de films The Elephant Man en Mulholland Drive. Hij stelt de vraag in zijn boek: “Hoe vang je de grote vis?” waarin hij een kijkje geeft in zijn artistieke keuken. Hij vertelt over ideeën, over het toeval en ook veel over meditatie. Ik vond het een inspirerend, bemoedigend, bevestigend boek en deze passage trof me erg diep.

Ik kreeg namelijk laatst nog de vraag om een essay te schrijven over vrede en over hoe cultuur daaraan kan bijdragen. Ik betrapte mezelf meteen op bovenstaand cynisme moet ik bekennen.
Maar ik heb het essay geschreven. Het moest in het Engels en het kreeg de titel: “Why poetry and art make people better humans”.

Waarom poëzie en kunst van mensen betere mensen maken, dus.

En echt: er staat geen enkele ironische frase in.

Ik ben ongelooflijk trots dat ik dit kan zeggen.

Dat ik me nu schaam voor mijn bijna instinctieve cynisme heeft ook wat met het toeval te maken. De aankondiging van Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon om tot zestig procent te snoeien in de projectsubsidies voor cultuur deed me heel hard nadenken over welke reden de beste was om massaal te gaan steigeren bij dit bericht. Is cultuur een luxeproduct of behoort het tot onze fundamentele bronnen? Ik vond veel redenen die de tweede stelling schragen – je vindt ook nog wat over mijn zoektocht in mijn vorige blog – en heb ze één voor één in het essay neergeschreven. Samen met de hulp van de Engelse dichter Richard Berengarten vertaalde ik de tekst in het Engels.

En ik heb hem opgestuurd naar de opdrachtgever: de organisatie van de dertigste editie van het Internationale Poëziefestival van Medellin in Colombia waar ik in juni als één van de gastdichters mag aantreden. Het is me een ongelooflijke eer want de ambities van het festival zijn niet minder dan een antwoord bieden op de vraag van David Lynch: “Wat als we ernaast zitten?”

Mijn ambitie voor 2020 is om er zoveel mogelijk naast te zitten. Ik wil weer ongegeneerd hopen en trots zijn op wat ik creëer. En van die creaties zult u horen, ik wil er graag zo nu en dan wat over delen hier, ook dat neem ik me voor. Wist u bijvoorbeeld dat ik al zes jaar stilletjes aan een roman schrijf? Lang verhaal, hoor.

En uiteraard, mijn Spaans opfrissen, ook dat staat op de todolijst.

 

De dichters in Medellin dit jaar zie je hieronder. Alle info hier.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s